Aanmelden
Passend onderwijs
Met ingang van 1 augustus 2014 is de Wet Passend Onderwijs van kracht. Dit betekent, dat een rechtstreekse verwijzing van basisonderwijs naar speciaal voortgezet onderwijs niet meer mogelijk is. Ook de Leerlinggebonden Financiering (LGF), ook wel het 'rugzakje' genoemd, is verdwenen.

Alle leerlingen die naar het voortgezet onderwijs gaan, moeten zich aanmelden bij een reguliere VO-school. Die school van aanmelding is vervolgens verantwoordelijk voor het vinden van passend onderwijs voor de leerling. Voor de meeste leerlingen betekent dat plaatsing op de (reguliere) school waar ze zich hebben aangemeld. Voor een klein deel van de leerlingen (ongeveer 4%) is een gewone school niet passend. Zij hebben meer ondersteuning nodig. De school waar de leerling zich aangemeld heeft is er verantwoordelijk voor dat er een passende plaats voor de leerling gevonden wordt.

Het Samenwerkingsverband
Alle scholen in de regio (regulier en speciaal onderwijs) zijn onderdeel van een Samenwerkingsverband. Daarbinnen wordt bepaald wat de beste plek voor een leerling met een extra ondersteuningsbehoefte is. Het Varendonck-College behoort tot het samenwerkingsverband Helmond/Peelland (SWV - VO 3008). De basis van dit samenwerkingsverband bestaat 16 jaar. Doel van het SWV is zorg te dragen voor een adequate opvang van alle (zorg)leerlingen in onze regio en samenwerking op het gebied van competentieontwikkeling van betrokken docenten. Met ingang van dit schooljaar wordt de wet Passend Onderwijs door dit samenwerkingsverband ingevoerd (www.passendonderwijs.nl). Het SWV heeft de opdracht alle leerlingen te plaatsen op een school voor voortgezet onderwijs. Dit kan regulier of speciaal onderwijs zijn. Het SWV regelt een doorverwijzing naar het voortgezet speciaal onderwijs en kan ook extra middelen toewijzen aan reguliere scholen. Als er over de toelaatbaarheid van een leerling een geschil tussen school/SWV en ouder is, dan is bezwaar en beroep mogelijk.

Binnen het samenwerkingsverband is een Adviescommissie Toewijzingen (ACT). Deze commissie adviseert welke zorg voor een leerling nodig is. De werkwijze van de ACT is als volgt:
  • Wanneer een school merkt dat een leerling meer ondersteuning nodig heeft dan de school binnen de basisondersteuning kan bieden, dan vraagt de ondersteuningscoördinator van de school een toelaatbaarheidsverklaring voor voortgezet speciaal onderwijs of extra ondersteuning aan.
  • De ondersteuningscoördinator vult een aanvraagformulier in en voegt hierbij de zienswijze van de ouders en een recent geëvalueerd handelingsplan/ontwikkelingsplan toe.
  • Zodra het dossier volgens procedure is ontvangen door de ACT, krijgen de ondersteuningscoördinator en de ouders een uitnodiging om het dossier aan de ACT toe te lichten.
  • Tijdens deze bespreking krijgen ouders en school de gelegenheid om aanvullende informatie te geven.
  • Na de bespreking geeft de ACT haar advies aan het bestuur van het samenwerkingsverband.
  • De aanvragende school ontvangt het schriftelijke besluit voor een toelaatbaarheidsverklaring of een toewijzing voor extra ondersteuning.
  • Ouders ontvangen een kopie van de toelaatbaarheidsverklaring of de toewijzing voor extra ondersteuning.
De ondersteuningscoördinator is altijd contactpersoon en aanspreekpunt voor de ouders. Met vragen over de adviescommissie toewijzingen kunt u terecht bij de ondersteuningscoördinator van het Varendonck-College, Mw. B. van Rens (b.v.rens@varendonck.nl), of op de website van het samenwerkingsverband: www.swv-peelland.nl.